Life of Pi

Samenvatting

Een schrijver is op zoek naar een verhaal. Eigenlijk kwam hij naar India om een ander verhaal te schrijven, maar dat werd niets. Nu is hij een schrijver zonder verhaal. Per toeval ontmoet hij Francis Adirubasamy, die hem zegt dat hij iemand kent met een verhaal dat hem in God zal laten geloven. Hiervoor moet de schrijver terug naar zijn thuisland Canada en daar ontmoet hij Piscine Molitor Patel. Omdat het hem niet juist lijkt om meteen met het spannende deel te beginnen, omdat het voorafgaande verhaal ook van belang is, vertelt Piscine over zijn leven.

Piscine is geboren in Pondicherry (India) als de tweede zoon van de eigenaar van de dierentuin. Met zijn ouders en Ravi, zijn oudere broer, woont hij eigenlijk in de dierentuin. Door ontmoetingen met mensen van verschillende godsdiensten wordt hij erg geïnspireerd waardoor hij aanhanger wordt van het hindoeïsme, het christendom en de islam. Dit is natuurlijk een beetje merkwaardig, maar voor Piscine is het heel logisch en sluit het ene geloof het andere niet uit. Omdat het economisch allemaal wat minder gaat, besluit de vader van Piscine dat hij de dierentuin gaat verkopen en dat ze met het hele gezin naar Canada gaan. De dieren worden allemaal verkocht aan andere dierentuinen waarvan er veel in de V.S. terechtkomen en de familie Patel vertrekt samen met de dieren op het vrachtschip de Tsimtsum om daarna door te reizen naar Canada. De bemanning aan boord is niet vriendelijk, maar voor Pi en Ravi is het een groot avontuur. Maar dan op een nacht dat het stormt wordt Piscine wakker. Buiten regent het heel hard en als hij weer naar binnen wil gaan, ziet hij dat de beneden verdiepingen onder water staan. Het schip is aan het zinken. Door de bemanning wordt Piscine in een reddingsboot gegooid. Daarna springt hem een Zebra achterna. Het beest breekt een been en ligt op een bankje te creperen. De reddingssloep raakt los en Pi drijft weg van het schip. Hij ziet hoe het schip en daarbinnen zijn ouders naar de bodem van de oceaan zinkt. Als hij Richard Parker in het water ziet zwemmen, steekt hij hem een roeispaan toe, de tijger wil in de boot klimmen, maar dan bedenkt Pi zich dat het helemaal niet handig is om een tijger aan boord te hebben. Na een versufte nacht ontdekt hij dat er naast de zebra ook een hyena aan boord is en even later komen ze op zee een Orang-oetan tegen die op een tros bananen drijft. De hyena begint de zebra stukje bij beetje op te eten en doodt uiteindelijk ook de Orang-oetan. Dan blijkt ook de tijger Richard Parker aan boord te zijn want hij doodt de hyena. Nu moet Pi samenleven met een Bengaalse tijger op een reddingsboot.

Eerst wil hij Richard Parker doden door hem bijvoorbeeld te laten verhongeren, maar hij ziet ook op tegen de afwezigheid van gezelschap. Dus na een hoop proberen en angstige momenten heeft hij een manier gevonden om Richard Parker af te richten. Piscine heeft uit angst voor de tijger een vlot gebouwd en dat met een touw aan de boot vastgebonden, maar als dat in een storm kapot gaat moet hij wel op de reddingsboot leven. Hij zorgt door te vissen dat de tijger te eten heeft en overleeft zijn avontuur. 

Wanneer hij in een ziekenhuis in Mexico ligt, komen er twee mensen van de dienst Scheepvaart van het Japanse ministerie van Verkeer om te onderzoeken of hij weet hoe het komt dat de Tsimtsum is gezonken. Pi weet het niet, maar wanneer de Japanners zijn fantastisch avonturen niet geloven, vertelt hij een andere versie. Een versie waarin geen dieren voorkomen. 

In deze versie belandt Pi met zijn moeder, de kok en een matroos in de reddingsboot. De matroos breekt zijn been en dat moet geamputeerd worden. De kok doodt de matroos uiteindelijk en gebruikt zijn lichaam als aas terwijl hij ook wat van het lichaam opsnoept. Wanneer Pi's moeder boos op de kok wordt, doodt hij haar. Pi doodt in woede de kok. In dit verhaal is de matroos de zebra, de moeder de Orang-Oetan , de kok de hyena en is Pi Richard Parker. 

Pi laat de Japanners kiezen welk verhaal ze willen geloven. De schrijver kan zijn boek gaan schrijven en de lezer blijft twijfelen wat er gebeurd is.

Hoofdpersonen

Piscine Molitor Patel (Pi)
Piscine groeit op in India en is vernoemd naar een zwembad in parijs. Maar toen hij twaalf was werd hij gepest met zijn naam en besloot zich voortaan Pi te noemen. Pi is hindoe, christen en moslim voor hem sluit het ene geloof het andere niet uit. Op het einde heeft hij een vrouw en twee kinderen en woont in Canada.

 

 

Schrijver
De schrijver die niet bij naam wordt genoemd heeft al een eerste roman gepubliceerd, hij reist naar India om aan zijn tweede roman te werken maar ontmoet daar Francis Adirubasamy een onofficiële oom van Pi die hem belooft dat als hij met meneer Patel in Canada gaat praten hij een verhaal voor hem heeft waarvan hij in god zal gaan geloven. De schrijver onderbreekt het verhaal af en toe met een beschrijven van Piscine en zijn leven in Canada.

 

 

Richard Parker
Hij is een jongvolwassen Bengaalse tijger die zijn hele leven in dierentuinen heeft gewoond en met Pi op de reddingsboot verzeild raakt.

 

 

Francis Adirubasamy
Francis is als een oom voor Piscine die hem Mamaji noemt. Eigenlijk was hij een zakenpartner van Pi\'s vader, maar hij groeide uit tot een vriend van de familie. Hij is een goede zwemmer en leert Piscine ook zwemmen. Hij ontmoet de Schrijver in Pondicherry en raadt hem aan naar Piscine te gaan.

Mening

Ik vond het een leuk en interessant boek wat waargebeurd is en verfilmd is.

Auteur

Yann Martel (Salamanca, 25 juni 1963) is een Canadees schrijver.

Yann Martel werd in 1963 geboren in Spanje en woonde in onder andere Alaska, Costa Rica, Frankrijk en Mexico doordat zijn vader werkte als leraar en diplomaat. Het reizen zit in zijn bloed, en later in zijn leven woonde hij onder andere in Iran, Turkije en India. Hij studeerde filosofie aan de Trent University in Peterborough, Ontario, en begon aan zijn schrijfcarrière toen hij 26 was.

Martels wereldwijde doorbraak was zijn roman Het leven van Pi. Van de twee voorgaande romans had hij op dat moment slechts 3000 exemplaren verkocht. Deze derde titel won de prestigieuze Booker Prize en is in vele talen vertaald.

Voor het schrijven ervan spendeerde Martel zes maanden in India, waar hij bezoeken bracht aan moskeeën, tempels, kerken en dierentuinen. Daarna nam hij een jaar voor het lezen van religieuze teksten en schipbreukeling-verhalen, en deed hij vervolgens twee jaar over het schrijven van het boek. Bij aanvang van dit proces beschouwde hij zichzelf als niet-gelovige, maar naderhand als christen, zo verklaarde Martel in diverse interviews.

Martel woont in Montreal.